De Amsterdamse burgemeester Femke Halsema initieert geen onderzoek naar de Turks-Nederlandse Mevlana-moskee. Deze kwam in opspraak als gevolg van de autobiografische roman “Ik ga leven” van Lale Gül.
In haar boek schrijft de jonge auteur dat ze bij de daar gegeven koranlessen leerde dat vrouwenbesnijdenis past binnen de islam, vrouwen mannen moeten gehoorzamen en mannen hun vrouw een ‘corrigerende tik’ mogen uitdelen. Ook zou de imam Nederland hebben afgeschilderd als een ‘verderfelijk homoparadijs’, waar vrouwen ‘als loslopend vee bij Jan en alleman in bed’ belanden.
Een roman is geen concreet signaal?
Lale Gül noemde het bewuste gebedshuis niet met naam en toenaam, maar middels navraag door Het Paroolbleek het de Mevlana-moskee in Bos en Lommer te betreffen. Dit is één van de 40 Nederlandse afdelingen van de stichting Milli Görüs, opgericht door Necmettin Erbakan, de religieuze leermeester van de Turkse president Erdogan. Burgemeester Femke Halsema zegt geen aanleiding te hebben om met de moskee in gesprek te gaan, laat staan een onderzoek. Ze wil alleen reageren op ‘concrete signalen’ over misstanden, zegt ze, niet op een roman. Het is op z’n zachtst gezegd verwonderlijk dat er vanuit de politiek slechts twee stemmen op gaan die Halsema’s lakse houding bekritiseren. Die van VVD-parlementariër Bente Becker: “Dit is op z’n minst aanleiding voor onderzoek.” En die van CDA-raadslid Diederik Boomsma . “Ze zou in ieder geval in gesprek moeten, om te weten wat er speelt. Ik ga leven roept vragen op over de koranlessen.”
Moslim knuffelen = islamofobie
Ik vraag me af of er niet veel meer tumult zou zijn ontstaan als dergelijke misogyne, homofobe en wereldvreemde uitspraken gedaan zouden zijn in een kerk, een synagoge of een boedhistische tempel. Met andere woorden: valt dit niet onder het kopje doorgeslagen islam-knuffelarij? Omdat andere gelovigen (niet meer) met messen klaar staan om kelen door te snijden of met explosieven te antwoorden, gaan we bij die eersten wel en bij die laatsten niet tot de grond toe uitzoeken hoe er wordt aangezet tot ongelijkheid en haat. Dat is artikel 1 van onze grondwet in de bek spugen. Ik bevind mij qua standpunten over religies niet in het kamp van ‘links’ noch in het kamp van ‘rechts’. Ik verwonder mij dus over het feit dat klassiek linkse media moord en brand roepen over misstanden in joodse en christelijke kringen en hetzelfde (of nog ernstiger) doodzwijgen als het in de buurt van moskeeën plaatsvindt. Omgedraaid exact hetzelfde: rechtse kringen bedekken vrouwenrechten-schendingen in orthodox katholieke en gereformeerde milieus met ‘de mantel der liefde’. Immers: een deel van hun electoraat bevindt zich daar. Het blijkt in de praktijk heel moeilijk te zijn om de uitdrukking ‘Aan de vruchten herkent men de boom’ toe te passen.
Sylvana & DENK
Ik herinner me dat ik me in mijn ochtendkoffie verslikte toen ik een paar jaar geleden vernam dat Sylvana Simons zich had aangesloten bij de politieke partij DENK, die ook wel ‘De lange arm van Erdogan’ wordt genoemd, naar de president van Turkije die alle verworven vrouwen- en homorechten in zijn land gewoonweg een halve eeuw terug schroeft. Een land waar driekwart van de vrouwen te maken heeft met partner- of familiegeweld en 38% daar levenslange schade van ondervindt. Groot was dan ook mijn opluchting dat Sylvana besloot een andere politieke weg in te slaan, los van het feit (alweer) of ik aanhanger ben van het gedachtengoed van BIJ1.
Het dogmatisch gelijk
Vandaag las ik een blogpost van Inge Bosscha. Zij behoorde van geboorte af tot de kringen van de Gereformeerde Kerk Vrijgemaakt (heeft niets te maken met ‘vrij’ leven), maar zat klem in een gewelddadig huwelijk. Omdat genoemd kerkgenootschap echtscheidingen soms ‘toelaat’ bij ernstig geweld, moest ze aantonen dat dit bij haar wel degelijk het geval was. Een fragment: “Het begon allemaal toen ik, 21 jaar jong, zowel zwanger was als wilde scheiden van mijn man. Tot die tijd was ik een braaf gereformeerd meisje geweest dat keurig in de voetsporen van haar ouders trad. Mijn wens om te scheiden, die ik niet voor niets had, werd door de toenmalige kerkenraad niet geaccepteerd. Zij stelden hun dogmatisch gelijk boven mijn ernstige, persoonlijke redenen om te willen scheiden. Echtscheiding is zonde tegen het zevende gebod ‘gij zult niet echtbreken’ en om die reden streng verboden. Ik moest daarom ‘mijn kruis opnemen en God volgen’ en dit betekende volgens hen dat ik bij mijn man hoorde te blijven. En om mij van mijn voornemen tot echtscheiding te weerhouden, werd ik ‘onder de tucht gesteld’. Mijn man niet, omdat hij niet wilde scheiden. Ik was volgens de kerkenraad de enige die een ernstige zonde beging.”
Sociotoop
Ook Lale Gül wordt nog steeds onder druk gezet door de moslim-sociotoop waar zij opgroeide en inmiddels is vertrokken. ‘Afvalligen’ worden binnen religieuze gemeenschappen vaak het hardste gestraft. Tientallen social media-accounts smeten hun gelovige drek uit over deze moedige 23-jarige. Van ‘ik zal je persoonlijk naar de hel sturen’ tot ‘geniet maar nu het nog kan’ en ‘ik kan niet wachten je tegen te komen’. En dan laat ik de misogyne scheldwoorden nog weg. Zelfs bejaarde Nederlandse journalisten komen met zeikrecensiesover deze jonge debutante. Eerder zei Lale Gül naar aanleiding van de vele rotreacties dat haar debuutroman tevens haar laatste boek zou zijn, maar daar is ze gelukkig al van teruggekomen. “Omdat ik ook heel veel berichten heb gekregen van mensen die zeggen: ga alsjeblieft door.” Die komen van moslims, maar ook van mensen vanuit de Jehovah’s Getuigen-gemeenschap, bevindelijk gereformeerde kringen en homoseksuelen, zo vertelde ze bij BUITENHOF.
Wee de weglopers
De schrijfster heeft haar ouderlijk huis verlaten en verblijft op schuiladres. Haar ouders zijn boos over wat zij over haar familie heeft geschreven. Zij worden op dit boek van hun dochter aangekeken en dat zij haar op deze wijze hebben opgevoed. Hun reputatie is weg binnen de eigen kringen. De (verstikkende) macht van de groep, die een weggerend lid het liefst in de bek van een roofdier zien belanden. Ooit bedacht een slimme spindoctor de zin ‘Ik herken mij niet in het geschetste beeld’ om een in het nauw gedreven politicus nog even uit de wind te houden. Momenteel bedient een ieder die denkt geschaad te worden door de waarheid zich van deze zinsnede. Een woordvoerder van de Mevlana-moskee zegt dus ook “zich niet te herkennen in het beeld dat Lale Gül in haar roman schetst.”
Om de hoek
Femke Halsema heeft wel regulier contact met Milli Görüs, waarbij de Mevlanamoskee is aangesloten. Met die religieuze koepelorganisatie sprak ze over de bedreigingen tegen Lale Gül en praat ze geregeld over zaken als geloofsvrijheid en informeel onderwijs, aldus haar woordvoerder. “Wij zijn ons ervan bewust dat het informeel onderwijs soms op gespannen voet kan staan met belangrijke Amsterdamse waarden als vrijheid en de gelijkheid van man en vrouw.” Als je dit weet, waarom wordt er dan niet, net als bij de orthodox joodse Cheiderschool en zoals bij diverse reformatorische scholen een grondig onderzoek gedaan? Omdat er uit moslimkringen nog weleens explosieve reacties kunnen komen. Ik kan niet begrijpen dat dezelfde groeperingen die momenteel door het vuur gaan voor de moslims op De Tempelberg (3500 kilometer verderop) dezelfde zijn die vrouwen als Lale Gül, die ‘om de hoek woont’ laten zitten en stikken. Kom op Femke Halsema: toon eens ware sisterhood!
Beeld: Pixnio