Vorige week sprak ik met een vrouw over de verkiezingsuitslagen. Laat ik haar ‘Toos’ nomen. Een schat van een mens: haar hele leven keihard gebuffeld, eerst als tweeverdieners samen met haar man, beiden met een minimumloon. Na zijn vroege dood nog harder werkend als poetsvrouw (zo noemt ze het zelf) om huur, eten, verwarming en school voor haar gezin te bekostigen. Nu ze in haar 70’ers is doet ze dat nog steeds, dat harde werken dan. Nu als vrijwilligster en als mantelzorgster. “Ik moet gewoon mijn handen laten wapperen en als iets er vies uitziet sla ik aan de poets.” Zo verklaart Toos haar niet te stuiten werklust. Ondanks haar inmiddels kromme reumatische vingers. Een vrouw van het volk, te midden van het volk en trots op haar volkse afkomst. Die de spreekwoordelijke pannetjes soep letterlijk in de buurt uitdeelt.

Ze zag de teleurstelling op mijn gezicht naar aanleiding van de verkiezingsuitslag. Toos klopte me even bemoedigend op de schouder voor ze van wal stak. “Weet je Annedieke, ik ga het je gewoon heel eerlijk zeggen: het volk heeft gesproken. Nu worden jullie intellectuelen afgestraft voor het als dom wegzetten van ons gewone mensen. Dat heeft niets met jou persoonlijk te maken, maar wel met het gemak waarmee jullie over ons heen stappen.”

Uiteraard vroeg ik Toos om wat voorbeelden. Nou die had ze hoor. Ze vertelde me dat ze graag naar de mannen van ‘Vandaag inside’ keek. “En weet je wel waarom?” sprak ze nu op wat meer verontwaardigde toon. “Omdat ze daar tenminste nog normaal doen. Althans wat ik en met mij vele anderen normaal vinden. Hou eens op met dat politiek correcte gezeik. Wij gewone mensen kijken angstig naar ons banksaldo voordat we naar de Lidl gaan en van mensen zoals jij moet ik vleesvervangers kopen die soms duurder zijn dan gehakt en die ik persoonlijk niet te hachelen vind.”

Ik moest hier even van bijkomen, zocht naar een passend antwoord, maar Toos was op dreef. “En dan zetten ze mij weg als een ‘dierenhater’! Nou, ik kan je zeggen dat mijn hondjes en ook die van mijn kinderen en kleinkinderen een topleven hebben bij mij. Ik ben goed voor dieren en dat weet jij ook!” De vegetariër in mij griezelde even, maar tegelijkertijd wist ik dat Toos haar dierenhart en mensenhart op de goede plaats heeft zitten.

Diezelfde middag was ik nog even in Laren. Ik kocht bij de Singer-museumwinkel wat kaarten en zag de lange, geduldige rij staan voor de tentoonstelling van Kees van Dongen. Allemaal keurige, beschaafde mensen. Sommigen misschien wel ceo bij een of andere vervuilende industrie. Die allemaal een museumjaarkaart hebben of €18,- p.p. neertelden voor hun ruim van tevoren geplande bezoek. Ik keek en dacht: “Toos heeft waarschijnlijk nog nooit van Kees van Dongen gehoord. Misschien is ze zelfs nog nooit in het Singer geweest, terwijl ze er met een fietstochtje van een kwartier zou zijn.” Dat is het dus allemaal niet. Het is (en nu ga ik dat vermaledijde woord toch gebruiken) Een Kloof. En direct moest ik denken aan ‘Sander & De Kloof’. Deze geprivilegieerde mediamaker was in zijn goedbedoelde geste mensen zoals BBB-kiezer Toos juist kwijtgeraakt.

Een paar dagen later vernam ik (Toos indachtig) dat de graaf een aantal maal was aangeschoven bij de mannen van SBS. Afgelopen donderdag moest hij ‘live’ vernemen dat hij niet meer hoefde komen. Hij zou volgens Snor Derksen een ‘arrogante smurf’ zijn en neerkijken op het volk. Maar dat laat de columnist niet zomaar gebeuren. Ook Sander reageerde daarom in het openbaar in de ‘Cor Potcast’. “Dan doet Derksen alsof hij je naam niet meer weet”, begint hij. “Ik vond het natuurlijk buitengewoon amusant. (echt niet) Het is een op ophef gedreven programma en om eerlijk te zijn kwam het niet helemaal als een verrassing. Ik ben daar drie keer geweest en achter de schermen krijg je dingen mee die niet iedereen meekrijgt.” Ook de benaming ‘arrogante smurf’ doet Sander weinig. Zegt hij. “Ze zien dat dan op Twitter en dan moet ik daar hard om lachen. Want het is natuurlijk gewoon allemaal een zwaktebod.”

En daar verraadt Sander zichzelf. Dat is wat ‘mijn Toos’ bedoelt met neerkijken. Vandaag jankt hij nog even door via zijn Volkskrantstek. “Deze week werd ik in de best bekeken talkshow van Nederland, Vandaag Inside, voor één miljoen kijkers gecanceld. Ik zou de tafelheren dommeriken vinden en had de kijkers van dat programma in een tweet ‘domrechts’ genoemd. Nu mag ik niet meer komen. Toen een krant mij om een reactie vroeg, zwakte ik in een reflex die woorden wat af, hoewel er toch geen ander woord is dat het programma doeltreffender omschrijft dan ‘dom’. Het benoemen van domheid is een enorm taboe in Nederland, alsof je door iets ‘dom’ te noemen per definitie iets zegt over iemands intelligentie. Merkwaardig, want niet alleen een mens kan dom zijn, een gedraging, redenering, politieke beweging of televisieprogramma kan dat óók zijn. Domheid kan bovendien tijdelijk en te verhelpen zijn.”

Sander Schimmelpenninck doet exact hetzelfde wat ik veelal zie op social media en waar ik mezelf ook weleens schuldig aan gemaakt heb. Datgene wat je niet bevalt ‘dom’ noemen. In alle provincies van Nederland is de BoerBurgerBeweging de grootste geworden. Een aardverschuiving, waar ik ~zoals gezegd~ ook van geschrokken ben. Ik zie het graag ook allemaal groener, dier- en milieuvriendelijker worden. Boegbeeld van ‘de gewone vrouw’ Caroline van der Plas strafte ons echter allemaal af. Schimmelpenninck gooit het vandaag op de media en daarmee heeft hij wel een sterk punt. Hij vergeet echter dat het de consument is die bepaalt en doet een (excusez le mot) domme zet, door te schrijven: “Binnen Europa is er geen land waar domheid zo gecultiveerd wordt als in Nederland. Maar domheid is al lang niet meer om te lachen; emancipatie heeft geleid tot de dominantie van domheid, die weer kan eindigen in de terreur van de domheid. Een taboe op het benoemen van domheid in verband met de overgevoeligheid van dommeriken lijkt me daarbij weinig bruikbaar.”

Sander gaat mee in het Ajax-Feijenoord-gebeuren. Er wordt geschopt, hij schopt terug en echt: het is contra-productief. Op zich ben ik niet een enorme fan van Michelle Obama, sowieso niet van echtgenoten van, want dat neigt toch naar nepotisme, nietwaar? Maar één quote van haar is wel heel sterk en daarom moet ik er vaak aan denken. Namelijk: “When they go low, we go high.” Vorige maand maakte Willem Engel een zeer foute opmerking over de slachtoffers van de aardbeving in Turkije en het gescheld van intellectueel Nederland is dan vervolgens niet van de lucht. Niet alleen op Engel zelf, maar ook richting zijn volgers.

Wat kan er gedaan worden aan de wereldwijde ruk naar (overdraagzaam) rechts? Journalist Gideon Rachman (die het boek ‘Het tijdperk van de sterke man schreef) constateert dat het een probleem is dat als de ene partij bereid is tot amoreel gedrag en de regels van fatsoen en wetten bewust overtreedt, het lastig wordt voor de ander om de correcte weg te bewandelen teneinde die eersten te verslaan. De verleiding is groot om eveneens ‘laag te gaan’, maar dan speel je het spel van de ander mee. Om de democratie te beschermen is er volgens Rachman allereerst waakzaamheid geboden: bescherm zaken als onafhankelijke rechtbanken en vrije media. Ten tweede, val de sterke mannen aan, maar beledig hun volgers nooit. Het was een ernstige vergissing van Hillary Clinton destijds om naar Trump-aanhangers te verwijzen als een ‘basket of deplorables’. In ons kikkerland liet Maarten van Rossum (die ik meestal wel kan waarderen) zich verleiden om in ‘De Slimste Mens’ het programma ‘Vandaag Inside’ te betitelen als ‘platte pret voor mensen met beperkte intelligentie’. Niet zo ‘slim’ van ‘de slimste mens’, want je zet er een miljoen landgenoten mee weg.

Ik heb Toos nog even gebeld en gevraagd of ik haar quotes mocht gebruiken. Dat mocht, dus bij dezen. En ze had nog aanvulling ook. “Dit weekend stond er in de krant een verhaal over een man die zwanger is. Dat is geen man, want er zit een baarmoeder in. Tweederde van Nederland denkt daar zo over Annedieke. En doordat een minderheid ons gewone mensen dwingt om andere taal te gebruiken, gaan ze op Caroline of op Wilders stemmen. Dat je het weet. Het is tegen de verwaande kak!” Tenslotte vroeg ik Toos of ze mij ook een ‘kakmadam’ vindt. “Ja” dat vond ze. “Maar je wilt in elk geval luisteren. Dat scheelt.” Dat compliment kan ik in mijn zak steken. Net als de wijze les van Toos. Ik begrijp de goede bedoelingen van ‘deugmannen’ als Luijendijk, Bregman en Schimmelpenninck dus wel. Ik ervaar alleen dat het op deze wijze ‘die kloof’ slechts vergroot. Alle mensen willen gehoord worden en vooral niet afgeserveerd worden als ‘dom’.

Eigenlijk wist ik dat ook wel, want ooit startte ik mijn carriere als lerares Nederlands op een school met veel leerlingen uit milieus zonder Luyendijk-vinkjes. En ik had een heerlijke tijd tussen deze ‘domme pubers’. Zij leerden van mij en ik leerde van hen. Zou dit niet de basis kunnen zijn voor een nieuw TV-format beste NPO-baasjes? En kom nu niet aan met ‘Dream School’, want dat is een bedachte circusact en net als de meeste talkshows opgezet om grote verschillen te benadrukken. Nee, ik bedoel de dialoog. Zoals ik Toos probeer te begrijpen en zij mij.