De jaarlijkse Internationale Vrouwendag is een herdenking van de eerste staking door vrouwen die plaatsvond op 8 maart 1908 in New York. Zij eisten meer loon, kortere werktijden, betere arbeidsomstandigheden en afschaffing van de kinderarbeid. Kortom, de vrouwen eisten ‘brood en rozen’: het ging hen niet alleen om overleven, maar ook om de kwaliteit van het leven.

De staking was het begin van de strijd tegen vrouwendiscriminatie in de Verenigde Staten. In 1910 deed de Duitse socialiste Clara Zetkin tijdens een conferentie voor socialistische vrouwen in Kopenhagen het voorstel om 8 maart uit te roepen tot Internationale Vrouwendag. Op dezelfde datum, 8 maart, maar nu in 1917, brak in het Russische Sint-Petersburg een staking uit vanwege de slechte arbeidsomstandigheden in de textielindustrie aldaar, onder leiding van Alexandra Kollontai. Vanaf toen werd 8 maart definitief de datum van Internationale Vrouwendag.

In en uit het verdomhoekje

Tijdens de Koude Oorlog met z’n anti-communistische sentimenten, zat Vrouwendag in de westerse wereld een tijdlang in een verdacht hoekje, vanwege de nadruk die er bijvoorbeeld in de USSR en in China op werd gelegd. Maar sinds in de jaren ’60 de tweede feministische golf op gang kwam wordt de dag weer volop gevierd, meestal met demonstraties, bijeenkomsten en conferenties. Vrouwen van alle landen, gezindten en politieke stromingen nemen deel. In 1978 werd de Internationale Vrouwendag ook door de Verenigde Naties erkend. Om de vrouwen die in de afgelopen eeuw hebben gestreden voor de rechten van vrouwen, te eren en te bedanken. En uiteraard om te benadrukken dat er nog steeds veel te veel landen zijn waar vrouwen geen of nauwelijks rechten hebben: geen zelfbeschikkingsrecht, geen seksuele en reproductieve rechten, kortom ‘geen poot om op te staan’.

Nederland valt tegen

‘Geen van ons zal gedurende ons leven gendergelijkheid meemaken, en veel van onze kinderen waarschijnlijk evenmin.’ Ontnuchterend, noemt het World Economic Forum (WEF) op zijn website deze conclusie van het Global Gender Gap Report 2020, een index die sinds 2006 jaarlijks verschijnt. Het WEF benadrukt daarmee dat gendergelijkheid een fundamenteel effect heeft op de mate waarin economieën en samenlevingen floreren. De top 4 wordt geheel in beslag genomen door de noordelijke Europese staten IJsland, Noorwegen, Finland en Zweden. Nederland, en dat valt toch vies tegen, zakte van plaats 27 naar 38 (van de 153) in deze ranking van gelijkheid tussen mannen en vrouwen.

Keiharde cijfers

Dit jaar is als thema voor Internationale Vrouwendag in Nederland gekozen voor ‘Invloed met Impact’: een focus op de positieve invloed die vrouwen hebben op maatschappelijke onderwerpen en discussies. WomenIncstelde daarom een lijst met ‘facts & figures’ samen, waaruit naar voren komt waar in ons land de knelpunten nog zitten.

47 % van de Nederlandse vrouwen is niet financieel onafhankelijk. Dit tegenover 76% van de mannen, die wél onafhankelijk zijn.

Mannen en vrouwen verdienen nog steeds niet hetzelfde. De gemiddelde loonkloof is 14 %.

Vrouwen besteden anderhalf keer zoveel tijd aan onbetaalde zorgtaken (huishouden, kinderen, mantelzorg) als mannen (26 versus 17 uur per week). Hoewel de helft van de stellen met kinderen werk en zorg gelijk zouden willen verdelen, doet slechts 10% dit.

In 2020 was 12 % van de bestuurders met dagelijkse leiding vrouw. Ook in de politiek zijn vrouwen ondervertegenwoordigd. In de Tweede Kamer is nu nog maar 31 % vrouw, in de gemeenteraden 32 %.

Vrouwen hebben met 84 jaar gemiddeld een hogere levensverwachting dan mannen (81 jaar), maar ze brengen gemiddeld 5 jaar door in minder goede gezondheid dan mannen.

Hart- en vaatziekten worden bij vrouwen vaker gemist, omdat zij veelal andere symptomen hebben dan mannen.

In 2019 was het aandeel vrouwen in Nederlandse non-fictie televisieprogramma’s 36%. Bij een evenredige representatie zou dit uiteraard 50% moeten zijn.

23 % van de deskundigen in nieuws- en actualiteitenprogramma’s is vrouw.

Ten aanzien van onderwerpen omtrent economische zaken, weer en sport is het aandeel vrouwen dat hierover als deskundige gevraagd wordt slechts 9 %.

Vrouwen boven de 50 jaar komen bijna 6 x minder in beeld dan mannen boven de 50 jaar.

Slechts 13 % van de moeders in kinderboeken heeft een betaalde baan, dat is bijna 6 x minder dan in werkelijkheid. Daarnaast is in de schoolboeken voor Nederlands en wiskunde voor de brugklas slechts 28 % van de personages met een beroep vrouw.

74 % van de Nederlandse meisjes denkt dat het voor vrouwen lastiger is om later een leidinggevende functie te krijgen dan voor mannen.

Brood & Rozen

Vrouwendag is dus echt wel een andere dag dan de traditionele bloemendagen. Natuurlijk is het leuk dat geliefden, werkgevers of wie dan ook vrouwen een boeket willen geven. Of vrouwen mekaar onderling. Maar het is dus niet omdat zij zo’n leuke moeder is (Moederdag) of omdat je haar stiekem aanbidt (Valentijnsdag) of omdat je wilt laten merken dat je van haar houdt (Elke dag). Ook is het geen verjaardag, 8 maart staat symbool voor de kracht van vrouwen. Als eerbetoon aan: de vrouwen die algemeen kiesrecht voor elkaar kregen, vrouwen recht op werk gaven, recht op studeren, recht op anticonceptie en die benadrukten dat vrouwen weliswaar niet gelijkaardig zijn aan mannen, maar wel gelijkwaardig. En daar staan brood en rozen symbool voor.

Beeld: Freepik